Psychoanalyticus Joost Demuynck zoomt in deze lezing dieper in op het leven van beeldhouwster Camille Claudel. De minnares en geliefde van Auguste Rodin stond lang bekend om haar bronzen beelden doordrenkt van dramatiek en emotie. Maar na hun tumultueuze affaire zonk ze weg in een diepe depressie.
Rodin wilde niet weg bij zijn vrouw, maar verwekte wel twee kinderen bij Claudel. Rodin weigerde deze kinderen te erkennen en bracht ze onder bij pleegouders. Na een abortus in 1892 bereikte Claudel haar breekpunt: ze besloot Rodin te verlaten en haar eigen artistieke pad te volgen.
Door de scheiding raakte Claudel, die al die jaren een enorme invloed had op het werk van Rodin, echter langzaam verzeild in een depressie. Ze wantrouwde andere mensen en kwam nauwelijks nog buiten. In 1913 besloot haar broer Paul Claudel, de beroemde Franse dichter, dat ze tegen haar zin-moest worden opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. Een tragisch en vroegtijdig einde van haar carrière.

